Randonneuren...

Een fietstocht door het donker

“Wat? Fiets jij gewoon door in het donker Henk? Stop je niet om te slapen? “

“Nee hoor, ik fiets heel de nacht gewoon door.”

“Wat is daar zo mooi aan dan, waarom doe je dat?“

“Dat zal ik je vertellen”…

Jaren geleden las ik een verhaal over randonneurs en het fietsen door de nacht. Ik werd er zo door geraakt dat ik dacht: “dat wil ik ook beleven”, maar ik was er nog niet klaar voor.

Bij het fietsen van een rondje Zuiderzee [350 km] in 1991 kwam ik John Zijlmaker tegen. Met John fietste ik de Afsluitdijk over. Met de wind pal op kop kon ik alleen maar in zijn wiel blijven. John bleek een randonneur en vertelde me over zijn lange afstandsfietsen en het fietsen door de nacht. Bij elke controle post dronk John een groot glas bier en verder ging het weer. Vanaf die dag was ik besmet… niet met het bier drinken, maar door het randonneuren.

In 1996 fietste ik mijn eerste nachtelijke tocht, later zouden er vele brevetten volgen. Brevetten zijn tochten van 200, 300, 400 en 600 km, waarbij je bij de 400 en 600 ook de hele nacht door fietst. Lukt je dat in één seizoen, dan mag jezelf SUPERRANDONNEUR noemen.

Bij het donker worden gaan de lichtjes in de huizen aan. Het verkeer wordt minder op de weg en later in de avond gaan de lichtjes in de huizen uit. Er is geen verkeer meer op de weg, alles is in diepe rust. Alleen ik fiets door. Ik hoor slechts het zoemen van mijn wielen en derailleur. Ik leerde me door de nacht heen te slaan en de slaap aanvallen te overwinnen.

Bij het fietsen door de nacht koelde ik af, ik bibberde in de natte nevel. In de nacht kom ik er achter dat ik niet de  juiste kleding bij me heb. Dat wordt bikkelen, want bij deze tochten is er geen volgwagen die voor mij zorgt.

In de nacht bij volle maan zie je alles in een ander perspectief. Je gedachten dwalen af, je hoort een uil, ziet een das of vos de weg oversteken, ziet gewaarwordingen die je overdag nooit mee maakt.

Bij het krieken van de dag hoor je de eerste vogels en voelt de eerste zonnestralen. Maar die slaap, die vreselijke slaap. Je schreeuwt wat tegen een koe in de weide, je droomt van een warme douche, een schoon bed, maar toch ga je door. Je overweegt om er mee te stoppen, je fiets in een greppel te gooien en nooit meer op te stappen, maar toch ga je door.

Als je van jezelf gewonnen hebt, als de tocht er op zit en je aan de koffie zit om je verhaal te vertellen over dit “gekke’ avontuur dat soms beestachtig zwaar, soms ijzig koud is en je nat bent tot op het bot… dan denk je: “niemand kan mij dit afnemen”.

De ervaringen, opgedaan bij nachtelijke tochten, staan mij in het geheugen gegrift. Ik heb er inspiratie door opgedaan en schilder regelmatig mijn nachtelijke avonturen op het doek.

Ervaringen die mij vormen als mens, ervaringen om nooit te vergeten!      

Voor meer foto's klik hier   

Deel deze pagina